Tere mossel

De meeste wetenschappers hebben lange tijd gedacht dat alle gewone mossels in de niet al te koude wateren van het noordelijk halfrond behoorden tot dezelfde soort, de Mytilus edulis, hier bekend als gewone mossel
Tegenwoordig weten we dat er drie soorten zijn: de gewone mossel, de Mediterrane mossel (Mytilus galloprovincialis) en de tere mossel (Mytilus trossulus). Ooit, toen de wereld nog niet door de mens verpest was, waren deze drie soorten netjes over het noordelijk halfrond verspreid.

De tere mossel is een tweekleppige mosselsoort die oorspronkelijk inheems is aan de kusten van de noordelijke Stille Oceaan. In Noord-Amerika wordt de soort aangetroffen van Alaska tot Californië, terwijl hij in oostelijk Azië voorkomt van de Siberische kusten tot aan die van Hokkaido, het meest noordelijke grote Japanse eiland.

De tere mossel had het alleenrecht in de Stille Oceaan totdat de mens maar weer eens besloot om een concurrerende soort te introduceren. Die vonden het nodig om de Mediterrane mossel naar Californische wateren te slepen, omdat 'hij zo lekker smaakt' en de omstandigheden ongeveer hetzelfde waren als die in de Middellandse Zee. Het gevolg laat zich weer raden: het areaal van de Mediterrane mossel breidde zich ongebreideld uit en intussen zijn hybride vormen ontstaan tussen de Mediterrane mossel en de tere mossel.

Je snapt de beweegredenen van de mensen soms niet, want ook de tere mossel is eetbaar en heeft een heerlijke smaak. Er was dus geen enkele reden om een exotische soort over de halve wereld te verslepen.

In de noordelijke Atlantische Oceaan, waar hij dus officieel niet thuishoort, wordt de tere mossel intussen aantroffen vanaf de kusten van oostelijk Canada tot aan die van Maine, de meest noordelijke Amerikaanse staat. Ook zijn er verspreide kolonies op Noord-Europese kusten. Daar leeft de tere mossel in dezelfde omstandigheden als de gewone mossel en ook daar ontstaan dus hybride vormen.

De hele Oostzee wordt 'bevolkt' door een vreemde populatie van tere mossels, die complexe veranderingen hebben ondergaan met genetisch materiaal van de gewone mossel[1]. Het is een genetische samensmelting die men introgressie noemt, waar de genen van de ene soort voortdurend terugkruisen met een bastaard. Introgressie verschilt van simpele hybridisatie, want introgressie resulteert in een complexe mix van oudergenen, terwijl hybridisatie tot een uniformere mix leidt met in de eerste generatie een gelijke bijdrage van beide oudersoorten.

Nu is de Oostzee niet zo ver van onze kunstwateren verwijderd en het zal de aandachtige lezer dan ook niet verbazen dat zo af en toe een tere mossel op onze stranden wordt aangetroffen.

[1] Vendrami et al: Genome-wide insights into introgression and its consequences for genome-wide heterozygosity in the Mytilus species complex across Europe in Evolutionary Applications - 2020. Zie hier.

No comments:

Post a Comment