De Argentijnse mier (Linepithema Argentine) leeft in - u raad het al - Zuid-Amerikaanse landen als Argentinië, Uruguay, Paraguay en delen van zuidelijk Brazilië. Het is maar een klein opdondertje met een lengte van maximaal 3 millimeter. Ze kunnen eenvoudig door de kleinste gaten kruipen en zo zijn ze dan ook aan een wereldreis begonnen. Via scheepsladingen en vliegtuigladingen zijn de eerste Argentijnse mieren in Europa aangekomen. Gezien hun oorspronkelijke thuislanden voelen ze zich in landen rond de Middellandse Zee toch wel het beste thuis en toch hebben we hier in Nederland ook al last van die kleine insecten.
![]() |
[Foto: Penarc] |
Buiten hun natuurlijke leefgebied zijn er geen dieren die deze mieren eten en daardoor zijn ze meer relaxt, tolereren ze elkaar en zo ontstaan superkolonies. Die superkolonies zijn inderdaad behoorlijk van afmetingen want de Zuid-Europese versie heeft een doorsnede van 6000 kilometer! Bovendien vormen de kolonies van Californië (USA), die van de westkust van Japan en die van Zuid-Europa ook nog eens één megakolonie.
Wat maakt het uit, zo zult u zich wellicht afvragen, of we nu last hebben van een inheemse of een uitheemse mierensoort. Welnu onze inheemse mierensoort, de zwarte wegmier (Lasius niger), is nauw verweven met onze natuur en cultuur en sommige planten hebben bijvoorbeeld de zwarte wegmier nodig voor het verspreiden van hun zaden. Als de zwarte wegmier wordt weggedrongen door de Argentijnse mier is de impact en de schade op de fauna en flora misschien niet te overzien.
Toch is er licht aan het einde van de tunnel want het feit dat alle Argentijnse mieren genetisch gezien tot één grote megakolonie behoren kan ook hun ondergang worden. Er hoeft maar een schimmel, parasiet, bacterie of virus te zijn die de Argentijnse mier aanvalt en de hele kolonie is ten dode opgeschreven.
Ondertussen zijn we nog lang niet van de Argentijnse mier af en dient hij met kracht te worden bestreden.
No comments:
Post a Comment