Indische gans

De Indische gans (Anser indicus) leeft, broedt en sterft in gebieden in Centraal Azië. Tijdens de zomermaanden vertoeft hij in grote groepen in en nabij hooggelegen bergmeren in de Himalaya (Mongolië, China en India) en zomers migreert hij naar de dan veel zuidelijke delen van India, waar de temperatuur veel aangenamer is. Zoals alle andere ganzen doet de Indische gans zich te goed aan kort gras.

Deze vogel is lichtgrijs van kleur en kan eenvoudig worden onderscheiden van alle andere ganzensoorten doordat hij zwarte strepen op zijn kop heeft. In volwassen toestand kan hij een kleine 80 centimeter groot worden.
Omdat de Indische gans als exotisch gezien wordt en er 'anders' uitziet dan de inheemse ganzen, werd deze soort vaak in gevangenschap gehouden. De Indische gans voelde zich zo goed thuis in onze West-Europese omgeving dat hij voor veel nageslacht heeft gezorgd. Zoals zo vaak moet het woord 'gevangenschap' met enige scepsis worden bekeken want ook deze vogelsoort wist met enige regelmaat te ontsnappen. In Nederland werd hij in 1977 voor het allereerst waargenomen en sindsdien neemt de populatie langzaam maar zeker toe. Men schat dat er tegewoordig zo'n 100 broedparen zijn.

Als we met een onkritisch oog kijken naar deze exoot kunnen we misschien tot de conclusie komen dat de Indische gans een waardevolle aanvulling is op onze fauna. Kijken we iets kritischer dan moeten al snel enkele nadelen gaan opvallen. Een van die nadelen is bijvoorbeeld het feit dat de Indische gans een vroeg slachtoffer was van een vogelgriepvariant die een behoorlijk sterftecijfer met zich meedroeg (H5N1 virus, highly pathogenic avian influenza). Niemand heeft nog goed onderzoek gedaan of ze dit virus naar ons land hebben meegenomen. En dat idee vinden mensen die kippen, kalkoenen of andere gevleugelden kweken niet zo leuk. Een enkele overvliegende Indische gans kan dus zo maar met zijn uitwerpselen een grote uitbraak van vogelgriep veroorzaken.

Gelukkig heeft de wetgever besloten dat de Indische gans in Nederland niet beschermd is en jagers mogen hem met schriftelijke toestemming van de grondgebruiker (boer) en een aanwijzing van de provincie simpelweg ter plekke doodschieten. Een simpel systeem, zo lijkt het, maar de werkelijkheid is weer eens weerbarstiger want er zijn maar weinig provincies die de moeite hebben genomen om deze exoot aan te wijzen. Alleen in Utrecht en Limburg hebben enkele ambtenaren zuchtend hun pen opgepakt en een handtekening gezet onder een aanwijzing. In alle andere provincies mag de Indische gans dus ongestoord een vogelgriepuitbraak beginnen.

No comments:

Post a Comment