Japanse meeuw

Soms snap je echt niet hoe de naam van een bepaalde soort tot stand is gekomen. De Japanse meeuw (Lonchura striata domestica) is geen meeuw en komt oorspronkelijk ook niet uit Japan. De Japanse meeuw is een vinkachtige die zijn oorsprong heeft in China. Het is een ondersoort van het spitsstaart bronzemannetje (Lonchura striata), dat dan ook de stamvader is. Zijn meest directe familielid is de muskaatvink (Lonchura punctulata).

De totale lengte van de Japanse meeuw bedraagt ongeveer 12 cm. Het oorspronkelijke vogeltje is overwegend zwart of bruin aan de schedel, met een glanzende snavel. De onderbuik is zwart-wit, terwijl de borst is zwart of bruin zal zijn, afhankelijk van de variant. De Japanse meeuw is een gewilde kooivogel en er is driftig mee gekweekt.
[Foto: Thurner Hof]
Het domesticatieproces van de Japanse meeuw begin al vroeg in China. Al zo'n vierhonderd jaar geleden werden de stamvaders van de Japanse meeuw hier veel gehouden en gekweekt. Rond 1700 werden vanuit zuidelijk China de eerste exemplaren naar Japan overgebracht. In Japan kwam het domesticatieproces pas goed op gang. De eerste mutant, de roodbruine, ontstond omstreeks 1785, de bonte mutant zou rond 1800 zijn ontstaan. De Japanners legden zich vooral toe op de kweek van witte, bonte, gekuifde en gefriseerde variëteiten.

In het midden van de vorige eeuw kwamen de Japanse meeuwen voor het eerst naar Europa. De eerste Europese kwekers kweekten eenkleurige varianten van Japanse meeuwen. In Nederland is in het begin gebruik gemaakt van met name de witkopnon (Lonchura maja) en de zwartkopnon (Lonchura malacca atricapilla) om 'de kwaliteit van de kleuren van de eenkleurige Japanse meeuwen te verbeteren'. Zucht. In Europa zijn sindsdien nog een aantal kleurmutaties opgetreden zoals de zwarte mutatie (Nederland) en de grijsmutatie (België). In 1999 is vanuit Japan de geparelde mutatie ingevoerd.

Zelf denk ik dat het treurig is dat mensen de natuur zo kunstmatig proberen te verbeteren alleen om een klein vogeltje een nieuw kleurtje te schenken.

Juist omdat hij zo populair is komt het met enige regelmaat voor dat een exemplaar aan zijn gevangenschap ontsnapt. Dat is heel zielig omdat de Japanse meeuw graag in kleine groepen leeft en zich dus in de Nederlandse natuur al snel eenzaam zal voelen.

Om de verwarring compleet te maken bestaat er ook een echte meeuw met de naam Japanse meeuw (Larus crassirostris) en die komt wel degelijk in Japan voor. Ze vinden hem daar zelfs zo mooi dat er al in 1269 een tempel is opgericht in de havenstad Hachinohe. Als ik mocht kiezen, koos ik een echte meeuw, maar ik woon dan ook aan de Waddenzee.

No comments:

Post a Comment