Roze spreeuw

De inheemse spreeuw (Sturnus vulgaris) staat bekend als een lastpak, maar het is wel een intelligente lastpak. Een enkel exemplaar is in staat is om de hele troep te waarschuwen wanneer er ergens een lekker hapje is gevonden. Als je dus een kersenboom in je tuin hebt staan en de eerste spreeuw heeft het eerste kersje verorberd, bereidt je dan maar voor op een ware invasie van spreeuwen. De inheemse spreeuw is donkerbruin tot zwart van kleur en heeft een groenachtige glans. Daarmee is het misschien niet echt een vogel die tot de verbeelding spreekt.

Maar de inheemse spreeuw heeft ook een – ik verzin het woord ter plaatse – exheemse variant: de roze spreeuw (Pastor roseus of Sturnus roseus). Hoewel hij de naam roze spreeuw draagt heeft DNA-onderzoek[1] ondertussen uitgewezen dat hij niet een echte spreeuw is, maar wel een spreeuwachtige. Het volwassen mannetje is een opvallende verschijning met zijn roze lichaam, lichtoranje poten en snavel plus glanzend zwarte kop, vleugels en staart.

De roze spreeuw komt als broedvogel voor in Zuidoost-Europa en in aangrenzende delen van Azië tot in Noord-India. Daar broedt de roze spreeuw in kolonies in landbouwgebieden en op de steppen. Omdat de roze spreeuw verzot is op sprinkhanen, volgt hij de trek van sprinkhanen op de voet. Dus als er een invasie van sprinkhanen plaatsvindt, vindt er tegelijkertijd ook een invasie van roze spreeuwen plaats.
Zijn vraatzucht kan ook op positieve manieren gebruikt worden: in China gebruikten boeren veel insecticiden om sprinkhanen te verdelgen, maar dat is uiteraard kostbaar en vervuilend. Experts ontdekten uiteindelijk dat je net zo goed roze spreeuwen kon inzetten tegen de vraatzuchtige sprinkhanen. Ze besloten kunstmatige nesten te bouwen om de roze spreeuwen te verleiden om zich in Xinjiang (China) te vestigen. Dat bleek zo succesvol dat er in sommige jaren zelfs onvoldoende sprinkhanen overbleven om alle vogels te voeden en vele jonkies stierven van de honger. Ondertussen gebruikten de boeren in die Chinese provincie nauwelijks nog pesticiden.

In Nederland is de roze spreeuw een zeldzame doortrekker, maar toch lijken de Waddeneilanden en Harlingen een warm plekje in het hart van de roze spreeuw te hebben want vanuit het Waddengebied komen de meeste meldingen.

Kunnen wij onze nationale spreeuw niet inzetten voor de bestrijding van schadelijke insecten? In kassen gebruiken we al sluipwespen en dus is de vraag of we spreeuwen kunnen trainen om onze kersenbomen met rust te laten en zich te voeden met voedzame insecten. Het zijn immers zulke intelligente dieren, dus wie weet lukt het.

[1] Zuccon et all: Blackwell Publishing Ltd Phylogenetic relationships among Palearctic–Oriental starlings and mynas (genera Sturnus and Acridotheres: Sturnidae). Pdf hier.

No comments:

Post a Comment