Kalkoen

Stel, je bent een kalkoen en je staat met de kerst op het menu. Zou je dan niet een poging wagen om aan dat lot te ontsnappen? Welnu, je zou niet de eerste of enige kalkoen zijn die de vrijheid wilde proeven, in plaats van dat mensen juist hém (of haar) proeven.
De kalkoen (Meleagris gallopavo) behoort tot de wereldwijde famile der fazanten en is ook familie van de kip (Gallus gallus domesticus). Hij is natuurlijk een opvallende verschijning door zijn naakte, rode kop met vlezige blauwe en rode lellen aan elke kant van zijn snavel. Ook door het klokkende geluid weet je dat je met een kalkoen te maken hebt. Deze vogels eten allerlei zaden, kruiden, wortels, knoppen en bloemen, maar ook insecten en andere ongewervelden staan op het menu.

De kalkoen is inheems in Noord- en Centraal Amerika, waar hij voor het eerst door de Maja's werd getemd. De benaming 'kalkoen' is een vreemde, want ooit dacht men dat het om een Aziatische parelhoensoort ging en die leefde in India. Vandaar dat de kalkoen (foutief) vernoemd werd naar de havenstad Calicut aan de westkust van India. Calicuthoen verbasterde tot kalkoen. In het Engels gebeurde iets soortgelijks: daar dachten ze dat hij uit (of via) Turkije kwam. Vandaar de naam turkey-cock en turkey-hen, wat later werd verkort tot turkey. Zelfs de Fransen snapten er niets van met hun poule d'Inde, ofwel 'Indiase kip'. Toen men veel later begreep hoe het werkelijk zat, was het al te laat. De kalkoen bleef zitten met een identiteitscrisis. In Mexico weten ze wel beter, want daar noemen ze hem in de oude taal der Maja's, het Nahuatl, nog steeds huehxōlōtl.

De soort wordt gehouden voor vlees en in 2022 werden dik 575,000 dieren klaargestoomd voor de slacht. Het is bovendien een populaire soort bij particuliere vogelhouders en kinderboerderijen. Dit laatste is de meest aannemelijke bron voor in het wild levende kalkoenen in Nederland. In het wild kunnen zowel gedomesticeerde vogels (te herkennen aan witte veren in het verenkleed), als vogels met kleedkenmerken van wilde vogels worden aangetroffen.

De eerste bekende waarneming van een verwilderde kalkoen in Nederland dateert van 1978. Het eerste zekere broedgeval in het wild dateert van 1999 en betreft een gemengd paar van een wildtype vogel en een gedomesticeerde op de Hellegatsplaten (Zuid-Holland). Pas sinds 2011 wordt de soort jaarlijks in het wild gemeld in Nederland. Dat kan (deels) een effect zijn van de toegenomen populariteit van online waarnemingenplatforms. In de periode van de broedvogelatlas 2013-2015 zijn drie broedgevallen vastgesteld. In twee gevallen werd daarbij een vogel met jongen gezien en in één geval een broedende vogel op het nest. De laatste jaren wordt de soort jaarlijks van ruim tien locaties verspreid over het land, met uitzondering van het noordoosten, gemeld. Van een vijftal locaties zijn waarnemingen uit meerdere jaren bekend. Er zijn echter geen broedgevallen meer gemeld. Meestal gaat het om eenlingen, in een enkel geval om groepjes met een maximum van elf exemplaren in 2016 nabij Rockanje (Zuid-Holland).

Het gros van de waarnemingen is gedaan in cultuurland en niet zo zeer in bosrijke gebieden, zoals vaak het geval is in de gebieden waar de soort inheems is. Hoewel de soort recent jaarlijks wordt waargenomen in het wild, lijkt de kans op blijvende vestiging niet groot. Toch lonkt de vrijheid.

No comments:

Post a Comment