Wijnruit

De wijnruit (Ruta graveolens) is een vaste plant en groeide oorspronkelijk in Zuidwest-Europa. Vanwege zijn blauwgrijze bladeren dacht menig tuinbezitter dat het een goed idee zou zijn om de wijnruit als kleuraccent in zijn tuin aan te planten. De plant wordt gewoonlijk ongeveer anderhalve meter hoog, groeit met wat vreemdsoortige bladeren en bloeit met kleine bleekgele bloemetjes.

We hebben het al zovaak gezien: planten houden niet van opgesloten zitten en ook de wijnruit is met succes uit die tuinen ontsnapt. Het gevolg van al deze onnadenkendheid is dat hij nu in Nederland zoveel in het wild voorkomt dan men er ondertussen sterk over denkt om hem maar tot onze inheemse flora te gaan rekenen.

Dat de wijnruit een potente geur heeft klopt want de hele plant zit boordevol met etherische oliën zoals methylnonylketon (ofwel 2-undecanon). Die olie ruikt zo sterk dat hij commercieel wordt ingezet als afweer voor insecten, honden en katten. Ook komen 2-nonanon en een paar esters (2-nonylacetaat, 2-undecylacetaat) voor.
[Foto: Rasbak]
Laten we eerst eens met het goede nieuws beginnen met het melden dat de wijnruit in zijn oorspronkelijk thuislanden in de traditionele keukens wordt gebruikt om wat gerechten te kruiden. Ook brengt men de plaatselijke borrel - raki, grappa - soms op smaak met wijnruit. De bladeren zijn echter zo bitter dat ze altijd met mate worden ingezet. Het is ook het 'bittere kruid' uit het Oude Testament waarvan de smaak de Joden aan hun ballingschap moet herinneren.

Teveel levert direct langdurige maag- en darmproblemen op. Vandaar dat wijnruit in het verleden (dat hoop ik tenminste) werd ingezet om menstruatie en abortus op te wekken.

Wijnruit bevat namelijk ook een serie alkaloïden, zoals chinolinalkaloïde en arborine. Hoewel die alkaloïden voornamelijk in de wortels worden opgeslagen, komen ze wel degelijk in de bladeren voor. En dan beginnen dus de problemen want van die alkaloïden is bekend dat ze een mutagene werking hebben. Ze kunnen dus kanker veroorzaken. Als klap op de vuurpijl bevinden zich op het blad zogenaamde furocoumarinen, die huidirritaties met behoorlijke blaarvorming kunnen veroorzaken.

Je zou dus verwachten dat de moderne mens met een grote boog om die wijnruit zou heenlopen, maar niets is natuurlijk minder waar. Tot in het oneindige verdund zou het helpen tegen spier- en gewrichtsproblemen. Kwakzalvers uit Indië claimen zelfs dat ze vele duizenden patiënten hebben genezen met een homeopathisch middel dat voornamelijk wijnruit bevat. Het zal iedere lezer met enig kritisch vermogen niet verbazen dat er geen enkel onafhankelijk wetenschappelijk onderzoek bestaat dat deze onnozele grootspraak bevestigt.

No comments:

Post a Comment