De grote gevlekte landplatworm (Obama nungara) is een middelgrote landplatworm met een lancetvormig lichaam, dat tot 70 millimeter lang kan zijn. De achtergrondkleur van de rug varieert van goudgeel tot honinggeel en is bedekt met donkerbruine tot zwarte vlekken en vlekjes die zijn samengevoegd in korte en onregelmatige longitudinale strepen, waardoor het een licht tot donkerbruin gemarmerd uiterlijk krijgt. Een fijne lijn zonder bruine pigmentatie loopt meestal longitudinaal langs het midden van de rug, soms met een diffuse donkere rand die wordt gevormd door concentratie van de bruine pigmentatie. Bij sommige exemplaren is deze lijn ook bedekt met pigmentatie en is bijna onopvallend. De onderzijde van het lichaam heeft een uniforme crème tot grijswitte kleur.
Marginale ogen zijn zichtbaar als kleine zwarte stippen en dorsale ogen als witachtige stippen. Zoals bij de meeste soorten van het geslacht Obama, heeft de grote gevlekte landplatworm honderden ogen verspreid over het lichaam. Ze vormen een enkele rij rond de voorste punt en na de eerste millimeters, verspreiden ze in meerdere rijden naar de onderzijde ('dorsaal') en nemen ze ongeveer een derde van de lichaamsbreedte aan beide kanten in beslag. De dorsale ogen worden omringd door heldere halo's (gebieden zonder pigmentatie) die bij nauwkeurige inspectie of onder een stereomicroscoop kunnen worden waargenomen als een reeks kleine witachtige stippen.
De Grote gevlekte landplatworm is inheems in Zuid-Amerika. Populaties in de twee meest zuidelijke Braziliaanse staten, Santa Catarina en Rio Grande do Sul, zijn daar vrijwel zeker inheems. De soort komt ook voor in Argentinië, waar hij inheems of geïntroduceerd kan zijn. Hij komt veel voor in door de mens verstoorde gebieden, met name tuinen en parken.
Via plantenhandel verspreidt deze platworm zich over de wereld. In 2008 is Obama nungara voor het eerst aangetroffen op het Britse eiland Guernsey. Inmiddels is de platworm elders in het Verenigd Koninkrijk gevonden, in Spanje, Frankrijk, Portugal, Italië, Zwitserland en België.
De grote gevlekte landplatworm eet onder andere regenwormen, waardoor deze soort een potentieel indirect risico vormt voor de vruchtbaarheid van grond. Vanuit Brazilië en Argentinië is bekend dat de platwormen veel (andere) bodemdieren eten, waardoor er een mogelijk groot effect is op ecosystemen.
De NVWA heeft in 2020 het risico voor Nederland beoordeeld. In 2023 werd een aanvullende verkenning uitgevoerd naar de grote gevlekte landplatworm en andere uitheemse landplatwormen. Uit een inventarisatie bij 25 kassen op kwekerijen, hortussen en dierentuinen bleken in 16 kassen 125 landplatwormen voor te komen. Hiervan waren er 101 uitheems en 29 exemplaren van de grote gevlekte landplatworm in 3 kassen.
No comments:
Post a Comment